Europa bereidt offensieve cyberoperaties voor tegen de grootste Russische oorlogsfabrieken.
Europa gaat een fase binnen waarin de hybride druk van Rusland niet langer wordt gezien als een irritatie die men moet verdragen, maar als een strategische confrontatie die actief vormgegeven moet worden. Na jaren van defensief handelen herbekijken regeringen op het continent de balans tussen terughoudendheid en afschrikking, en concluderen zij dat tegenmaatregelen eindelijk moeten aansluiten bij de schaal en intentie van het Russische optreden. Deze verschuiving weerspiegelt een breder inzicht dat hybride oorlogsvoering geen perifer domein is, maar de kernarena waarin Europese veiligheid, economische veerkracht en politieke samenhang worden getest. De vraag is of Europa kosten kan opleggen en onzekerheid voor Moskou kan creëren zonder te escaleren naar open conflict, gebruikmakend van instrumenten die digitale, informatieve en operationele kwetsbaarheden benutten. Naarmate het debat intensiveert, richten beleidsmakers zich steeds meer op capaciteiten die Russische beslissingscycli kunnen verstoren, zijn hybride apparaat kunnen verzwakken en Oekraïne’s strategische positie kunnen versterken. De opkomende consensus is dat Europa zich geen louter reactieve houding meer kan permitteren en een proactieve hybridestrategie moet aannemen die de omgeving vormt in plaats van er alleen op te reageren.


0 Opmerkingen