Vandaag bespreken we nieuwe ontwikkelingen uit Oekraïne.
Hoewel tactische drones het slagveld domineren, werden zij tot nu toe voornamelijk ingezet voor verkenning en aanvallen op gronddoelen.

Dit begint echter te veranderen, omdat gevechten tussen drones steeds belangrijker worden. Dit leidt tot vergelijkingen met de Eerste Wereldoorlog, toen vliegtuigen elkaar voor het eerst in de lucht bestreden, wat de basis legde voor een nieuwe fase in de oorlogsvoering.

Sinds het begin van de oorlog heeft Oekraïne FPV-drones gebruikt om vijandelijke bewegingen te observeren en deze vervolgens snel aangepast voor nieuwe rollen, zoals bommenwerpers en rondhangende munitie. Rusland reageerde op deze nieuwe dreiging en gebruikt nu zijn eigen drones, waarvan veel via glasvezelkabels worden bestuurd om elektronische tegenmaatregelen te vermijden. Omdat de meeste moderne luchtverdedigingssystemen niet geschikt zijn voor het bestrijden van kleine drones, proberen beide partijen nu nieuwe methoden te ontwikkelen om hun troepen te beschermen en luchtoverheersing boven het front te bereiken. Nadat drone-interceptors veelbelovende resultaten toonden tegen langeafstandsdrones, verspreidt drone-tegen-drone-gevecht zich nu naar de frontlinie, waar de “kleine lucht” van de oorlog tot veel experimentele en geïmproviseerde ontwikkelingen heeft geleid.

Vroege, eenvoudige varianten van deze drone-tegen-drone-gevechten gebruikten FPV-quadcopters met een stok eraan bevestigd, die in de rotoren van vijandelijke drones werden geramd om ze neer te halen. Latere ontwikkelingen maakten modellen mogelijk die terugslagvrije shotguns of netten gebruikten, waardoor drones die andere drones uitschakelen herbruikbaar werden. Dergelijke geïmproviseerde varianten hebben tot nu toe het grootste deel van deze taak gedragen, maar nieuwe modellen zoals de Shrike, ontwikkeld door het Oekraïense bedrijf Skyfall, staan op het punt de anti-droneoorlogvoering te veranderen.

Met kosten van slechts 300 dollar kan de Shrike snelheden van 300 tot 400 kilometer per uur bereiken om veel tragere, maar grotere verkennings-UAV’s zoals de Russische Orlan en Supercam-varianten op te jagen. Andere bedrijven ontwikkelen vastevleugeldrones die eveneens Russische UAV’s rammen of terugslagvrije shotguns in de lucht inzetten tegen FPV-suïcide- en bomdrones. Te midden van tekorten aan personeel, artillerie en pantservoertuigen aan beide kanten zijn dergelijke capaciteiten cruciaal geworden voor overleving en tactisch voordeel.

Deze ontwikkelingen worden vergeleken met de evolutie van luchtgevechten tijdens de Eerste Wereldoorlog. Net als drones in Oekraïne werden vliegtuigen aanvankelijk alleen voor verkenning gebruikt, maar hun succes en de opkomst van bommenwerpers, die net als vroege drones mortiergranaten en handgranaten op de vijand lieten vallen, maakten speciale jagers noodzakelijk om hen te bestrijden.


Net als bij de eerste interceptor-drones werden luchtgevechten tijdens de Eerste Wereldoorlog aanvankelijk gevoerd met eenvoudige middelen, zoals haken of pistolen, maar al snel verschenen vliegtuigen met machinegeweren, waardoor eerdere ontwerpen verouderd raakten. Naarmate interceptors gebruikelijker werden, waren extra jagers nodig om andere toestellen te beschermen, en luchtmachten breidden hun vloten snel uit.


Te midden van de oorlog in Oekraïne proberen ontwikkelaars nu ook de productie te verhogen en het bereik, de snelheid, de lading en de autonomie van drones te verbeteren. Rusland ontwikkelt momenteel zijn eigen interceptor-drones vergelijkbaar met de Oekraïense Shrike, die hoge onderscheppingssnelheden beloven. Kunstmatige intelligentie vormt de volgende belangrijke stap in drone-ontwikkeling, waarbij toekomstige modellen zelfstandig zullen kunnen aanvallen en samenwerken om luchtoverheersing te behouden.

Rusland gebruikt al AI-ondersteunde V2U-drones, terwijl de Oekraïense fabrikant Vyriy werkt aan de implementatie van AI in het Vyriy-10 FPV-platform om een slim, dodelijk en kostenefficiënt wapen te creëren. Deskundigen menen dat intelligente tactische drones de frontlinies binnen enkele maanden kunnen domineren.

Over het geheel genomen verandert drone-oorlogvoering de luchtgevechten in hoog tempo, en lijkt deze ontwikkeling in veel opzichten op de komst van vliegtuigen tijdens de Eerste Wereldoorlog. Terwijl sommige geprezen ontwerpen al van het front zijn verdwenen, hebben geïmproviseerde drones nieuwe toepassingen verkend, om vervolgens plaats te maken voor speciaal ontworpen gevechtsmodellen. Net zoals honderd jaar geleden vormde verkenning de basis voor de ontwikkeling van korte- en langeafstandsbomtechnieken, wat de noodzaak van gespecialiseerde onderscheppers met zich meebracht. Momenteel verschijnen modellen zoals de Oekraïense Shrike op het slagveld en kunnen zij sommige huidige FPV-drones snel overbodig maken, om vervolgens zelf te worden ingehaald door beter beschermde systemen. In de nabije toekomst zal kunstmatige intelligentie eveneens grote gevolgen hebben voor oorlogsvoering in de lucht en een reeks nieuwe tactische en ethische vraagstukken met zich meebrengen.


.jpg)








Opmerkingen